Prinsjesdag 2021: zuur voor zzp’er
De zelfstandigenaftrek wordt versneld afgebouwd. Onderdeel van het Belastingplan 2020 was al een verlaging in stappen tot € 5000 in 2028. Het kabinet gooit daar in het Belastingplan 2021 nog een schepje bovenop: uiteindelijk gaat de zelfstandigenaftrek in stappen omlaag tot rond de € 3.240 in 2036.
Afbouw TOZO-steun
Enkele kabinetten geleden presenteerde premier Balkenende een serie bezuinigingsmaatregelen met de slogan: ‘Eerst het zuur, dan het zoet’. Het motto van dit jaar is voor zzp’ers en zelfstandigen precies het omgekeerde: ‘Eerste het zoet (TOZO), dan het zuur (snellere afbouw zelfstandigenaftrek; geen TOZO in ronde 3, als je genoeg hebt gespaard). Zzp’er gaan er onderaan de streep niet op achteruit, haast het kabinet te melden. Die boodschap verkondigden ze ook al vorig jaar (zie de infographic die de overheid vorig jaar verspreidde).
Belastingplan 2021: zelfstandigenaftrek versneld omlaag
Minder zelfstandigenaftrek, maar geen centje pijn in de portemonnee. Dat is het verhaal dat het kabinet verkondigt rondom het Belastingplan 2021. Dat laatste is natuurlijk een beetje kort door de bocht. Omdat het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting met circa 0,2 procentpunt daalt, en zzp’ers hiervan meeprofiteren, gaan zij er onder de streep niet op achteruit. Werknemers wel.
Omzetdaling voor zzp’ers door corona
In de praktijk is het een optimistische voor stelling van zaken dat de omzet van zzp’ers gelijk blijft. Met de omzetcijfers van de eerste helft van 2020 en het aantal zzp’ers en zelfstandigen dat heeft aangeklopt voor TOZO is dit voor de grootste groep een utopie. Voor de groep wacht én een inkomensdaling én een daling van de zelfstandigenaftrek. Daar bovenop volgt komende jaren nog de premie van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Terugdraaien flexibilisering arbeidsmarkt
Als onderdeel van de flexibele schil heeft het gros van de zzp’ers financieel ingeleverd. Aan die realiteit gaat het kabinet voorbij. Ze pakken het momentum van de coronacrisis om de flexibilisering van de arbeidsmarkt terug te draaien. Wat met wetgeving niet is gelukt, wil het kabinet via fiscale weg afdwingen. Het is een brevet van onvermogen en vermoedelijk nog maar het begin. De kans is groot dat na de verkiezingen meer rampspoed volgt voor de zzp’er.
Voor zzp’ers is het te hopen dat de economie weer snel aantrekt. En ligt er ook een opdracht op tafel: alleen met hogere (uur)tarieven blijft de koopkracht op peil.