Belastingtips voor zzp’ers
Wat verandert er in 2021 qua belastingen? En welke belastingvoordelen zijn er voor zzp’ers te halen? Waar moet je op letten? En welke (aftrek)potjes kun je aanboren als je omzet als zzp’er door de coronacrisis flink is gedaald?
Voorlopige aanslag 2021 en ‘quick wins’ belastingen
1. Middeling inkomstenbelasting
Als je inkomen over 2020 significant lager is dan de afgelopen twee jaar, kan een ‘Verzoek om middeling inkomstenbelasting’ geld opleveren. De Belastingdienst maakt dan een berekening van de verschuldigde belasting op basis van het gemiddelde inkomen over een periode van drie jaar.
De Belastingdienst telt het belastbaar inkomen uit box 1 van drie aaneengesloten jaren bij elkaar op en deelt dit bedrag door drie. Dit is het nieuwe, gemiddelde belastbaar inkomen voor die drie jaren. Over dit nieuwe inkomen berekent de Belastingdienst de belasting. Als de daaruit resulterende belasting dan lager uitvalt dan de oude bedragen en het verschil méér dan € 545 bedraagt, krijg je geld terug.
2. Extra tijd voor uitgestelde belasting
Als je uitstel hebt gevraagd, krijg je langer de tijd om de door de coronacrisis uitgestelde belasting te betalen. Dit was oorspronkelijk vanaf 1 januari 2021 en dan in 24 maandelijkse termijnen. Nu is dat vanaf 1 juli 2021 en dan in 36 maandelijkse termijnen. Eerder aflossen blijft uiteraard mogelijk. Het gunstige, lage tarief voor de invorderingsrente blijft ook in 2021 op 0,01% staan.
3. Huurverlaging vragen bij minder inkomsten
Ben je zzp’er en heb je te maken met teruglopende inkomsten door de coronacrisis? Wanneer je een sociale woning huurt van een woningcorporatie, mag je de verhuurder tot en met 31 december 2021 vragen om de huur te verlagen. Dit is vastgelegd in de nieuwe Wet eenmalige huurverlaging voor huurders met een laag inkomen.
4. Voorlopige aanslag 2021
Begin 2021 valt de voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2021 in de bus. Deze is gebaseerd op een schatting van je inkomen in 2021, gebaseerd op de gegevens in je voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2020 of uw definitieve aanslag inkomstenbelasting 2019. Als je nu al weet dat je inkomen in 2021 gaat veranderen, bijvoorbeeld door teruglopende omzet, dan kun je de nieuwe gegevens doorgeven en om een lagere voorlopige aanslag verzoeken.
Let op! Maak je in 2021 gebruik van een betaalpauze voor je hypotheek, dan kun je geen rente aftrekken in dat jaar.
Belastingplan 2021
1. Zelfstandigenaftrek sneller omlaag
Om het fiscale verschil tussen zelfstandigen/zzp’ers en werknemers te verkleinen, heeft het kabinet in 2019 besloten om het bedrag van de zelfstandigenaftrek te verlagen. Nu wil het kabinet de afbouw van de zelfstandigenaftrek verder versnellen.
Vanaf 1 januari 2021 tot en met 2027 wordt de aftrek met € 360 per jaar verlaagd (in plaats van eerder € 250), in 2028 met € 390 en in de jaren daarna met € 110, totdat de aftrek in 2036 € 3.240 bedraagt. Voor 2020 is de aftrek nog € 7.030, in 2021 gaat daar dus € 360 vanaf: € 6.670.
Hoogte zelfstandigenaftrek
2020: € 7.030 | 2021: € 6.670 | 2022: € 6.310 | 2023: € 5.950 | 2024: € 5.590 | 2025: € 5.230 | 2026: € 4.870 | 2027: € 4.510 | 2036: € 3.240
2. Bijdrage voor de Zorgverzekeringswet
Over de belastbare winst van jouw onderneming betaal je premie voor de ZvW. Voor zzp’ers en ondernemers is dit lager dan voor werknemers. Het kabinet verhoogt het tarief van 5,45% naar 5,75% in 2021.
3. Tarief IB lager in 2021
Het basistarief in de inkomstenbelasting (schijf 1) daalt van 37,35% naar 37,10%. Dit tarief geldt voor inkomens tot € 68.507. Het kabinet verlaagt het tarief tot en met 2024 in kleine stappen tot 37,03%.
BOX 1
Schijf 1: tot € 68.507 >> tarief: 37,10%
Schijf 2: € 68.507 en meer >> tarief: 49,50%
4. Algemene heffingskorting hoger
De algemene heffingskorting gaat in 2021 extra omhoog. Vooral lagere inkomens profiteren van de verhoging. Vanaf een box 1-inkomen van € 21.043 wordt de heffingskorting met 5,977% afgebouwd totdat deze bij € 68.507 op nihil uitkomt.
Hogere arbeidskorting
De arbeidskorting – voor werknemers en zelfstandigen – gaat omhoog. Het afbouwpercentage (6%) blijft ongewijzigd.
HEFFINGSKORTINGEN 2021
Algemene heffingskorting (max.): € 2.837
Afbouwpercentage: 5,672% 5,977%
Afbouwpunt: € 21.043
Arbeidskorting (max.): € 4.205
Afbouwpercentage: 6%
Afbouwpunt: € 35.652
5. Belastingen in de BV
Het lage vpb-tarief wordt verlaagd van 16,5% naar 15%. Vanaf 2021 geldt dit lage tarief voor winsten tot € 245.000 in plaats van € 200.000. In 2022 wordt deze grens verder opgetrokken naar € 395.000. In box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang belast. Het box 2-tarief gaat per 1 januari 2021 omhoog naar 26,9% (2020: 26,25%).
6. Aanpassing box 3
Wie spaart of belegt, heeft te maken met box 3: de vermogensrendementsheffing. Al langer bestaat de wens deze heffing niet langer forfaitair vast te stellen, maar beter te laten aansluiten bij het werkelijke rendement. Fiscale partners kunnen hun gezamenlijk box 3-vermogen (na aftrek van het heffingsvrij vermogen) onderling aan elkaar toerekenen. Dit kan aanzienlijk fiscaal voordeel opleveren.
Heffingsvrij vermogen omhoog
Vanaf 2021 stijgt het heffingsvrij vermogen van € 30.846 naar € 50.000 (voor partners van € 61.692 naar € 100.000). Ook de schijfgrenzen worden aangepast: de tweede schijf begint bij € 100.000 vermogen, de derde schijf bij € 1 miljoen vermogen. Het tarief gaat van 30 naar 31%.
Plannen voor een opleiding of studie?
De kosten van een opleiding of studie zijn aftrekbaar in de inkomstenbelasting. Vanaf 1 januari 2022 wordt de persoonsgebonden aftrekpost voor scholingsuitgaven vervangen door een subsidie, het STAP-budget.