Een 7 voor minister Karien van Gennip op het zzp-dossier

Een 7 voor minister Karien van Gennip op het zzp-dossier

Minister Karien van Gennip heeft meer dan haar voorgangers grip op het zzp-dossier gekregen. Met haar keuzes maakte ze weinig vrienden onder zzp-belangenbehartigers, maar ze schept wel duidelijkheid over haar standpunten. Dat is een verdienste, waarvoor ze onvoldoende de credits krijgt. 
 
 
Het kabinet Rutte IV is demissionair en was in veel opzichten stuurloos, zoals in het stikstofdossier, maar dat geldt niet voor de daadkracht van minister Karien van Gennip. Waar haar voorganger Wouter Koolmees grootse plannen had, met een drietraps zzp-wetgeving, koos Van Gennip ervoor laaghangend fruit te plukken – lees: verlaging zelfstandigenaftrek en afschaffen van de for – en door te pakken rondom het probleem van schijnzelfstandigheid. Haar keuzes zijn niet altijd leuk. Wel helder.

Beëindiging zelfstandigenaftrek

Een belangrijke reden voor de lauwe en vaak negatieve reacties op de aanpak van minister van Gennip (ook van ondergetekende), ligt in de route die ze de afgelopen jaren koos. De stapsgewijze beëindiging van de zelfstandigenaftrek en beëindigen van de for raken de zzp’er en IB-ondernemer in de portemonnee. Maar bij alle keuzes en maatregelen hield ze het oog op de bal. En is ze duidelijk in haar doel: de minister ziet zzp’ers het liefst in het keurslijf van een dienstverband, terug in loondienst: ‘vast werk moet in principe worden uitgevoerd door iemand met een vast contract.’

1. Aanpak schijnzelfstandigheid

Om schijnzelfstandigheid tegen te gaan, koos Van Gennip voor 2 paden:
a. Omkering van de bewijslast bij arbeidsrelatie: 
Het uitgangspunt is dat er een rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst bestaat bij (digitaal) platformwerk. De bewijslast dat sprake is van zelfstandigheid ligt bij de opdrachtgever. 
- Hierbij is onder meer het uurtarief een criterium. In de Voortgangsbrief werken met en als zelfstandige(n) wordt een tarief van tussen de 30 en 35 euro als ondergrens genoemd.
- De Belastingdienst gaat weer strenger handhaven. Eerst nog in de vorm van een waarschuwing, om opdrachtgevers tijd te geven om hun beleid aan te passen.
b. Verkleinen (fiscaal) verschil zelfstandigheid en loondienst
Een keuze die de handen minder op elkaar krijgt, is het fiscale pad dat Van Gennip bewandelt. Vanuit beleidsoogpunt is het een sterke zet. Het lukt achtereenvolgende kabinetten niet om de groei van het aantal zzp’ers een halt toe te roepen. Van Gennips’ voorganger, Wouter Koolmees, zag zijn wetsontwerp stranden in complexiteit. 
 
Om niet in dezelfde valkuil te belanden heeft Van Gennip haar oog laten vallen op de belastingvoordelen, zoals de zelfstandigenaftrek. Daarnaast heeft ze doorgepakt op de achilleshiel van de zzp’er: een ontoereikende financiële buffer en pensioenopbouw; en het veelal ontbreken van een arbeidsongeschiktheidsvoorziening. 

2. Extra zzp-zetel in de SER

Het aandeel zelfstandigen als percentage van alle werkenden groeit gestaag door. Inmiddels staat de teller op 1,2 miljoen zzp’ers (in 2022; 12%). Evengoed heeft de zzp’er geen stem in de politiek en bij adviesorganen als de SER en de Stichting van de Arbeid. Waar dat toe kan leiden, laat de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers (AOV-zzp) zien. Deze kwam er als door de vakbeweging afgedwongen uitruil rondom het pensioenakkoord.
 
Dit heeft kwaad bloed gezet bij zzp-organisaties die zich buitenspel voelden gezet. Karien van Gennip heeft dit aangegrepen om een extra zetel in de SER te reserveren voor zzp’ers. Het is meer dan niks, al blijft het jammer dat een van de zetels wordt ingenomen door FNV zelfstandigen. Roos Wouters van Werkvereniging blijft zo tandenknarsend aan de zijlijn. Het moet en kan beter, maar het is een voorzichtig begin.

3. De verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers

De AOV-zzp gaat er definitief komen. Uitgangspunt is dat een zelfstandige zich standaard verzekert voor een uitkering van 70% van het laatstverdiende inkomen tot aan de grens van rond de € 30.000 bruto per jaar (143% WML). Het duurt wel nog even voor alles in kannen en kruiken is voor de Belastingdienst haar systemen op orde heeft voor de uitvoering. 

4. Extra ruimte voor pensioenopbouw

De for is verleden tijd. Het goede nieuws: de fiscale ruimte om voor het pensioen te sparen is uitgebreid, naar 30% van het inkomen. Er is ook een proef waardoor zelfstandigen zich kunnen aansluiten bij het pensioenfonds in de branche waarin ze werken.
Conclusie
Waar de andere hoofdpijndossiers van het kabinet Rutte IV alleen maar dieper in politiek drijfzand zijn beland, lijkt het zzp-dossier veilig de overkant te hebben bereikt. De echte zzp’er zal zich niet laten tegenhouden door minder zelfstandigenaftrek. De kwetsbare schijnzelfstandige is hopelijk minder de speelbal van de opdrachtgevers die over hun rug heen hun winsten maximeren. Dat Van Gennip dat gevecht is aangegaan was moedig en nodig. 
 
Eindcijfer: 7
Toon meer

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *