FNV dreigt met gang naar rechter om handhaving wet tegen schijnzelfstandigheid
FNV overweegt om de overheid via de rechter te dwingen om de wet DBA te gaan handhaven. Dat heeft de vakbond donderdag 3 februari, in een brief aan minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en staatssecretaris Van Rij (Financiën), laten weten.
De wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelatie) is in 2016 ingevoerd om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. De handhaving werd al snel stopgezet. Vanaf 2019 heeft FNV er herhaaldelijk bij de overheid op aangedrongen de wet DBA te handhaven.
Dat deed de vakbond na gerechtelijke uitspraken waarin werd bepaald dat de bezorgers van maaltijdbezorger Deliveroo geen zelfstandigen waren, maar recht hadden op een arbeidsovereenkomst en de cao op hen moest worden toegepast.
Zakaria Boufangacha, vicevoorzitter FNV: ‘Al zes jaar laat de overheid bedrijven hun gang gaan met het inhuren van schijnzelfstandigen, terwijl sprake is van werkgeverschap. Dat is keer op keer bekrachtigd in rechtszaken die wij hebben aangespannen tegen die bedrijven. Wij willen deze makkelijke ontsnappingsroute nu eindelijk gedicht hebben.’
Deliveroo-uitspraak: maaltijdbezorger is werknemer
De wet DBA is ingevoerd om schijnzelfstandigheid op de arbeidsmarkt te bestrijden. Het is de opvolger van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). Opdrachtgevers zouden aansprakelijk gesteld kunnen worden als er feitelijk op basis van een arbeidsovereenkomst wordt gewerkt. Werkt iemand in loondienst, dan moet de werkgever belasting en premies betalen.
Inmiddels heeft de FNV ook in hoger beroep gewonnen van Deliveroo. Verder heeft FNV ook zaken tegen andere platformbedrijven gewonnen zoals Uber en Helpling.
Daarnaast heeft de Nederlandse Arbeidsinspectie in een rapport over Temper vastgesteld dat sprake is van een arbeidsovereenkomsten, omdat Temper feitelijk een uitzendbureau is. Bovendien merkte de Nederlandse Arbeidsinspectie de bezorgers bij Deliveroo - net als de rechter - aan als werknemers.
Ondermijnend voor de arbeidsmarkt
Boufangacha: ‘Bij de Deliveroo-uitspraak van drie jaar geleden had de overheid al kunnen en moeten ingrijpen, omdat de uitspraak van de rechter duidelijk maakte dat de maaltijdbezorgers geen zelfstandigen zijn.
Omdat de overheid dat toen niet deed, konden platformbedrijven doorgaan met het afschuiven van hun werkgeversverantwoordelijkheid op maaltijdbezorgers, schoonmakers, taxichauffeurs en horecapersoneel. Het werkt totaal ondermijnend voor de arbeidsmarkt én de rechtstaat als rechterlijke uitspraken niet worden opgevolgd.
Arbeidsrelaties zijn aan regels gebonden, anders wordt het een wildwest. Er groeit nu een generatie schijnzelfstandigen op, die niet eens weet wat een arbeidscontract is en nul zekerheid heeft. En de overheid doet zichzelf -en daarmee de samenleving- vele tientallen miljoenen tekort aan niet geïnde premies.’
Procedure tegen de Staat
De FNV overweegt nu een rechtszaak tegen de Staat vanwege het, inmiddels heel urgente, belang van een snelle oplossing. In de brief schrijft de vakbond vóór 17 februari een adequate reactie van de minister en staatssecretaris te verwachten.
‘Als die er niet komt, overwegen we een procedure tegen de Staat wegens het stelselmatig tekortschieten van de handhaving en het wanbeleid wat de overheid tot nu toe rond de schijnzelfstandigen heeft laten zien’, aldus Boufangacha.
>> Lees hier de brief aan het Kabinet
>> Maaltijdbezorger Deliveroo ook in hoger beroep aangemerkt als werknemer
>> FNV naar rechter voor dwangsom in Uber-vonnis