Maar liefst een op drie zelfstandigen denkt aan stoppen
Een onverwacht groot deel (31%) van de ondernemers in Nederland denkt erover om hun bedrijf te stoppen. Bij zzp'ers speelt de strengere toetsing op schijnzelfstandigheid mee. Dit blijkt uit de Kleinbedrijf Index van Qredits, ONL voor ondernemers en het Kenniscentrum Digital Business & Media van de Hogeschool Utrecht.Financiële motieven spelen een grote rol, zoals de aantrekkelijkheid en zekerheid van een betaalde baan in loondienst en de beperkte winstgevendheid van hun eigen onderneming. Maar ook een hoge regel- en investeringsdruk zetten ondernemers ertoe aan te stoppen met hun bedrijf.
Overwegingen om te stoppen
Opvallend is dat demografische kenmerken zoals leeftijd, opleiding en ondernemerservaring nauwelijks een rol spelen bij het willen stoppen. Ook spelen zelfontplooiing, flexibiliteit en voldoening daarin ook nauwelijks een rol. Een splitsing tussen ondernemers zonder en met personeel laat zien dat zzp’ers gevoeliger zijn voor uitdagingen door regelgeving en een (financieel) aantrekkelijk dienstverband. Ondernemers met personeel laten zich daarentegen meer beïnvloeden door een hoge investeringsdruk.De strengere toetsing op schijnconstructies door de Belastingdienst, zal naar verwachting een deel van de zzp’ers aanzetten te stoppen met hun bedrijf. Aan hen die regelmatig denken aan stoppen, is gevraagd wat zij gaan doen als zij de deuren sluiten. Het grootste deel gaat een baan zoeken in loondienst (31%), 17% begint een ander bedrijf en 16% gaat met pensioen. Toch gaf 25% aan daar nog niet uit te zijn. Slechts 1% overweegt een bijzondere bijstandsuitkering.
Ondernemersloon: slechts de helft boven minimumloon
Het algemene beeld in het kleinbedrijf is positief te noemen. Omzetten stijgen flink. Het percentage ondernemers dat zich onder de bijstandsnorm uitbetaalt, neemt aanzienlijk af. Ook het percentage failliete technische bedrijven daalt. Hoewel het ondernemersvertrouwen afneemt van +29 naar +15, is de groeiverwachting op lange termijn positief. Meer dan 80% van de ondernemingen groeit of herstelt van eerdere tegenvallers. Het is nu wachten op betere nettomarges in veel sectoren. De in het vorig kwartaal ingezette positieve ontwikkeling bij ondernemers met personeel zet door. Zij zien meer groeikansen, staan positiever tegenover investeringen, hebben een hogere weerstandsindex en hun ondernemersloon is beter.
Over het algemeen stijgen de ondernemerslonen erg traag. Inmiddels kan 51% zich een ondernemersloon boven het minimumloon veroorloven. Met de horeca en de detailhandel gaat het beter en zij gaan goed mee in groeiverwachtingen. Ook hun continuïteit loopt weer in de pas met andere sectoren. Desondanks moeten veel ondernemers in beide sectoren rondkomen van een loon onder bijstandsniveau. Het aantal verwachte opheffingen stijgt licht van 3,7% naar 4,4%, maar de continuïteitsindex blijft met 74 een hoge score. De behoefte aan financiering stijgt van 28% naar 33%. Het zijn vooral de groeiende bedrijven, ondernemers met personeel en ondernemers met een migratieachtergrond die vaker naar financiering zoeken.
Overstap naar loondienst
Op basis van de resultaten adviseren de onderzoekers om de overstap te stimuleren van ondernemerschap naar loondienst bij minder winstgevende ondernemingen. Dat voorkomt of vermindert de zakelijke en privé schuldenproblematiek. Het verbetert ook de (inkomens)positie van ondernemers die momenteel nauwelijks winstgevend zijn. Het kan ook een deel van de oplossing zijn van het grote tekort op de arbeidsmarkt.