Een magere Prinsjesdag 2022 voor zzp’ers

Een magere Prinsjesdag 2022 voor zzp'ers

Twee besluiten waren al vooruitgesneld aan Prinsjesdag 2022: de zelfstandigenaftrek wordt verder afgebouwd en de fiscale oudedagsreserve (for) verdwijnt per 1 januari 2023. Welke maatregelen zijn er nog meer en wat betekent het einde van de for en de lagere zelfstandigenaftrek voor jou als zzp'er?

Zelfstandigenaftrek versneld omlaag

Het kabinet bouwt de zelfstandigenaftrek sneller en sterker af. De aftrek was in stappen al verlaagd van ruim € 7000 naar € 6.310 in 2022. Voor 2023 wordt dat € 5.030. In stappen wordt de zelfstandigenaftrek teruggebracht naar € 900 in 2027.

Zzp-belangenbehartiger VZN heeft kritisch gereageerd op de versnelde afbouw.  Lees hier hoe dit uitpakt voor jou persoonlijk.

Einde fiscale oudedagsreserve

De fiscale ouderdagsreserve (for) wordt afgeschaft. Nog één keer kun je als zzp'er geld opzijzetten voor je pensioen via de for. Met ingang van 1 januari 2023 kunnen zelfstandig ondernemer niet meer fiscaal gefaciliteerd pensioen opbouwen door middel van de for. Wat er voor in de plaats komt, is sparen via 'de derde pijler', via lijfrentes of zzp-pensioenregelingen, of sparen en beleggen in box 3. Als de Pensioenwet wordt aangenomen, wordt de fiscale pensioenopbouw verruimd.

Zzp'er met een eigen bv

Ook als je vanuit een bv onderneemt, ga je volgend jaar meer belasting betalen:

  • Het lage tarief gaat van 15% omhoog naar 19%;
  • Het hoge tarief gaat omhoog van 25% naar 25,8%;
  • De grens voor het lage tarief in de vennootschapsbelasting (vpb) wordt verlaagd van €395.000 winst naar €200.000. Bij een winst vanaf €200.000 betaal je vanaf 1 januari 2023 het hoge vpb-tarief van 25,8 procent.

Het tarief in box 2 gaat ook omhoog, vanaf 2024. Het kabinet wil vanaf 2024 twee belastingschijven. In box 2 moet dan 24,5% belasting worden betaald over de eerste €67.000 aan inkomsten. Voor alles boven €67.000 is het tarief: 31%.

Gebruikelijkloonregeling

Voor de zzp'er met een BV geldt de zogenoemde gebruikelijkloonregeling. Deze houdt in dat het loon voor een directeur-grootaandeelhouder (DGA) ten minste gelijk wordt gesteld op het hoogste van de volgende bedragen:

  • 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
  • het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn van hetzelfde lichaam of van een verbonden lichaam;
  • € 48.000.

De huidige doelmatigheidsmarge van 25% wordt afgeschaft. Dit is het percentage waarmee je als DGA je salaris mag verminderen ten opzichte van iemand met de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Net als bij het verlagen van de zelfstandigenaftrek is het doel van de maatregel om het verschil in belastingdruk ten opzichte van werknemers in loondienst te verminderen.

Omzetten oudedagsverplichting naar lijfrente

Het kabinet wil dat ondernemers met een bv ruimere mogelijkheden hebben om hun oudedagsverplichting (ODV) om te zetten in een lijfrente. De ODV is de fiscale waarde van de pensioenverplichting in eigen beheer van de onderneming.

Onbelaste kilometervergoeding omhoog

De onbelaste reiskostenvergoeding gaat per 1 januari 2023 van € 0,19 per kilometer naar € 0,21 per kilometer. Per 1 januari 2024 volgt een tweede verhoging, naar € 0,22.

Ondernemersvrijstelling bestelauto’s verdwijnt

Het kabinet is van plan om de vrijstelling voor een bestelauto van de ondernemer (ondernemersvrijstelling) vanaf 1 januari 2025 af te schaffen. De hoogte van de belasting wordt bepaald door de CO2-uitstoot. Voor de inschrijving van bestelauto’s is daarmee voortaan bpm verschuldigd afhankelijk van de CO2-uitstoot.

Het tarief van de motorrijtuigenbelasting (mrb) voor bestelauto’s van ondernemers gaat omhoog. In 2025 is de verhoging van de mrb 15%. In 2026 gaat het om een verdere verhoging met 6,96%. Hoeveel een ondernemer aan belasting betaalt hangt af van het type bestelauto.

MIA en EIA verhoogd

Het kabinet trekt 500 miljoen euro per jaar uit om de verlaging van de winstbelasting te compenseren. In dit pakket voor het mkb worden werkgeverslasten verlaagd en extra subsidies versterkt om te verduurzamen. Het budget van de milieu-investeringsaftrek (MIA) en energie-investeringsaftrek (EIA) wordt verruimd. Dit moet investeringen in energiebesparende en milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen stimuleren. Daarnaast wordt de werkkostenregeling verruimd, zodat bedrijven belastingvrij meer vergoedingen kunnen geven aan hun werknemers.

>> Overzicht maatregelen Belastingplan 2023

Toon meer (132)