Staat: geen ongelijke behandeling zzp’ers bij coronasteun zzp’er

Staat: geen ongelijke behandeling zzp'er bij coronasteun

In de door De Werkvereniging gestarte rechtszaak tegen de Staat, vanwege onrechtvaardige verdeling van de corona steunmaatregelen, heeft de Staat haar conclusie opgestuurd naar de rechtbank. De Werkvereniging is een zaak gestart omdat zij meent dat de Staat zzp’ers ongelijk heeft behandeld bij het toekennen van coronasteun.

'Coronacrisis is geen ondernemersrisico'

Zelfstandigen die worden getroffen door de coronacrisis krijgen hun inkomen aangevuld tot maximaal bijstandsniveau. Terwijl voor werknemers hun inkomen wordt gegarandeerd tot 3x modaal. Dit is onrechtvaardig, meent De Werkvereniging, omdat de coronacrisis geen ondernemersrisico is en de noodsteun van ons aller belastinggeld wordt betaald.

De Staat verwerpt deze claim. Het eerste argument is puur juridisch: De Staat voert aan dat De Werkvereniging (de eisers) niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, omdat ze de zaak bij de bestuursrechter hadden moeten indienen.

'Positie van zzp’ers en werknemers niet vergelijkbaar'

De Staat stelt zich inhoudelijk op het standpunt dat er geen sprake is van ongelijke behandeling, omdat de positie van zzp’ers en werknemers niet vergelijkbaar is. Een werknemer ontvangt loon en een zelfstandig ondernemer winst uit onderneming. Daarom mag je ongelijke gevallen, wat de staat betreft, ongelijk behandelen.

Verder werpt de Staat "nog wat procedurele rookgordijnen op", betoogt De Werkvereniging in een reactie. De Staat betoogt dat van een inbreuk op grondrechten (waaronder het recht op ongestoord genot van eigendom en het recht op bescherming van iemands professionele status) geen sprake is.

Toon meer (41)